4 vakken
Spel uitleg:
Maak 4 onderdelen waarbij je sommen neer legt. De klas wordt in 4 groepen verdeeld. De groepen wisselen steeds door van onderdeel.
1.) Voetbal. Schrijf met stoepkrijt de cijfers: 0 t/m 9 op een muurtje. De leerling pakt een kaartje uit de bak, rekent deze uit. Het antwoord moet hij raken met de voetbal. Alleen schieten met de bal
2). Handbal. Schrijf met stoepkrijt de cijfers: 0 t/m 9 op een muurtje. De leerling pakt een kaartje uit de bak, rekent deze uit. Het antwoord moet hij raken met de handbal. Alleen gooien met de bal
3). Springen: schrijf met stoepkrijt de cijfers: 0 t/m 9 op de grond. De leerling pakt een kaartje uit de bak, rekent deze uit. De leerling moet op het juiste antwoord springen. (2 benen, linkerbeen, rechterbeen)
4). Rollen/stuiteren: schrijf met stoepkrijt de cijfers: 0 t/m 9 op de grond. De leerling pakt een kaartje uit de bak, rekent deze uit. De leerling moet op het juiste antwoord de bal laten rollen/stuiteren.
Voorbereiden:
- Print de + sommen uit bijlage 11
- Print de – sommen uit bijlage 12
- Print de + en – sommen uit bijlage 13
- Maak zelf sommen
- Zet de 4 vakken klaar
Aanpassingen:
- Gebruik andere ballen
- Spel 1 kan ook met hockey
- Gebruik andere sommen zoals breuken.